De boomstructuur
De boomstructuur zit aan de linkerkant van het scherm. Het geeft een gestructureerde versie van het project weer. Hier kunt u door rechts te klikken nieuwe projecten en acties toevoegen aan uw project. In de boomstructuur kunt u dus uw proces beschrijven.
U kunt een deel van het project laten openklappen door op het element te dubbelklikken, of door op het pijltje voor het element te klikken.
Het Canvas
Het canvas zit tussen de boomstructuur en het icoonkenmerkenscherm in. Het canvas geeft op visuele wijze uw project weer. Hier kunt u nieuwe processen en sjablonen tekenen door de verticale werkbalk aan de linkerkant van het canvas te gebruiken. Met de knop handmatig aanpassen kunt u aanpassingen maken aan de tekeningen die door de Sensus-software worden gemaakt. Het canvas biedt u dus de mogelijkheid tot proces beschrijven.
Het icoonkenmerkenscherm
Het icoonkenmerkenscherm zit aan de rechterkant van het geheel. Hier kunt u de naam van een object veranderen en verschillende eigenschappen aan een icoon toekennen. Hier vindt u de naam, het nummer en het type van het icoon. Ook staan hier de mogelijkheden om eigenschappen zoals de functie en de beschrijving van een icoon in te vullen. Houdt er wel rekening mee dat dit per icoon verschilt.
Overige delen van het scherm
Bij de bovengenoemde drie schermen is tussen de schermen een icoon zichtbaar met 2 pijltjes .
Hiermee kunt u de schermen groter en kleiner maken. Dit kan ook door de muis op de scheidslijn tussen de schermen te plaatsen en deze te verslepen.
Tabbladen
Met de tabbladen boven de boomstructuur en het canvas kunt u snel overschakelen tussen verschillende projecten die tegelijk openstaan. Met de ontkoppelknop (rood omcirkeld in de onderstaande afbeelding) kunt u de projecten laten tonen in meerdere schermen.
Met de verticale tabbladen kunt u verschillende eigenschappen van uw proces laten weergeven op het canvas en de boomstructuur. Door op de respectievelijke tabbladen te klikken, krijgt u een overzicht van uw processen, afdelingen en functies, documenten en applicaties.
Horizontale werkbalk
Met de horizontale werkbalk kunt u snel bij de belangrijkste functie komen, zoals het openen of opslaan van een project.
De knoppen zijn, van links naar rechts:
- Nieuw project: Hiermee opent u een nieuw project.
- Project openen: Hiermee opent u een opgeslagen project.
- Project opslaan: Hiermee slaat u het huidige project op.
- Rapporteer/publiceer: Hiermee kunt u uw proces opslaan in een ander programma als Word of PDF.
- Ongedaan maken/Opnieuw: Hiermee kunt u uw wijzigingen ongedaan maken of opnieuw doen.
- Verwijderen: Hiermee kunt u het geselecteerde deel van uw proces verwijderen.
- Projectcontrole: Zie Projecten
- Sjablonen editor: Zie Sjablonen
- Personal navigator: hier kunt u de instellingen voor de Personal Navigator aanpassen.
- Projectinstellingen: Dit is een snelkoppeling naar het scherm voor projectinstellingen.
Algemene functies
De Sensus-software bevat een groot aantal algemene functies, die ook in veel andere programma’s teruggevonden kunnen worden. Deze worden hier beschreven.
Kopiëren en plakken
U kunt teksten, afbeeldingen en iconen knippen, kopiëren en plakken.
Kopiëren doet u door middel van de knoppen Ctrl-C, of door rechts te klikken en te kiezen voor kopiëren.
Knippen doet u door middel van de knoppen Ctrl-X, of door rechts te klikken en te kiezen voor knippen.
Plakken doet u door middel van de knoppen Ctrl-V, of door rechts te klikken en te kiezen voor plakken.
Wanneer u iets kopieert dan zal het origineel op de oorspronkelijke locatie aanwezig blijven, wanneer u knipt verdwijnt dit origineel.
Ongedaan maken/Opnieuw
Als u onverhoeds een foutje maakt, kunt u dit snel ongedaan maken met de “Ongedaan maken functie”. Deze gebruikt u door in het menu te klikken op Bewerken en dan op Ongedaan maken, of door op Ctrl-Z te drukken. Dit maakt de laatste bewerking ongedaan.
Wanneer u deze bewerking toch niet ongedaan wilde maken, kunt u dit herstellen met de functie Opnieuw. U gebruikt deze door in het menu naar Bewerken te gaan en dan op Opnieuw te klikken. Of u drukt op Ctrl-Y. Dit herstelt de veranderde bewerking.
Verwijderen
U kunt teksten, afbeeldingen en iconen verwijderen op verschillende manieren. Zo kunt u de delete knop gebruiken, rechts klikken en kiezen voor verwijderen of door in het menu te gaan naar Bewerken en dan naar Verwijderen.
Slepen
U kunt iconen op een andere plaats zetten door ze te slepen. U doet dit door op het icoon te klikken en dan de muisknop vast te houden. Dit kan zowel in het canvas als in het linkervenster waar de boom staat.
Taal
Bij het menu Extra –> Instellingen kan men bij de tab Taal de taal instellen waarin men met de software wil werken. Wanneer u de taal ingesteld heeft moet de Sensus-software worden afgesloten en opnieuw opgestart om de taal te veranderen.